Verschil wel gedaald

Vermogen in Nederland is ongelijk verdeeld: 'Rijker door stijgende huizenprijzen'

Door Paul le Clercq··Aangepast:
© ANPVermogen in Nederland is ongelijk verdeeld: 'Rijker door stijgende huizenprijzen'
RTL

Het vermogen in Nederland is ongelijk verdeeld over huishoudens. De rijkste 10 procent had 56 procent van het Nederlandse vermogen in handen. Het vermogen is de afgelopen jaren dankzij de stijgende huizenprijzen iets gelijker verdeeld over de huishoudens. In 2015 had de rijkste 10 procent nog 70 procent van het vermogen in handen.

In 2023 hadden volgens het CBS alle huishoudens in Nederland bij elkaar in totaal 2,6 biljoen euro (2600 miljard euro).

De rijkste 10 procent van de huishoudens had daarvan bijna 1,5 biljoen euro in bezit, dat is 56 procent van het totaal. Je moet als huishouden minstens 680.000 euro bezitten om bij die bovenste 10 procent te horen.

Rijke ouders? Dan is de kans dat jij rijk wordt ook steeds groter
Lees ook

Rijke ouders? Dan is de kans dat jij rijk wordt ook steeds groter

Aan de andere kant van het spectrum staat de 10 procent van de huishoudens met het minste vermogen. De mensen in deze groep hadden überhaupt geen vermogen, maar meer schulden dan bezittingen. En de twee groepen van 10 procent die daar boven zaten, hadden een vermogen van rond de 0 euro.

Ongelijkheid werd kleiner

De ongelijkheid in ons land werd in de afgelopen jaren wel kleiner. In 2015 bezat de rijkste 10 procent van de huishoudens nog 70 procent van het totale vermogen. Dat gaat waarschijnlijk in tegen het beeld dat we hebben, dat rijken rijker zijn geworden, zegt Peter Hein van Mulligen, hoofdeconoom van het CBS.

Dat het aandeel van de allerrijksten is gedaald komt niet doordat zij armer zijn geworden, maar doordat de minder rijken sinds 2015 een stuk rijker zijn geworden, legt hij uit.

Eigen woning

Het merendeel van de Nederlanders heeft hun vermogen namelijk vooral vastzitten in een eigen woning, terwijl de allerrijksten vaak ook nog een eigen onderneming hebben en beleggingen, zegt hij.

De huizenprijs steeg de afgelopen jaren fors, nog meer dan de waarde van ondernemingen en die van beleggingen.

Bij de rijkste 10 procent zijn gepensioneerden en zelfstandigen duidelijk oververtegenwoordigd. Zelfstandigen vormen 27 procent van die groep huishoudens en gepensioneerden 40 procent, aldus Van Mulligen. Zelfstandigen hebben vaak (veel) eigen geld in hun onderneming zitten.

Dat vermogens niet gelijk zijn verdeeld is logisch, legt Van Mulligen uit in onderstaande video:

Dat veel huishoudens de laatste jaren profiteerden van de gestegen huizenprijzen, betekent ook dat degenen die geen eigen woning hebben dat voordeel niet hebben gehad. Bijna 60 procent van de huishoudens in ons land had in 2023 een eigen woning, maar ruim 40 procent dus niet. Zij behoren dan ook vaker tot de Nederlanders die onderaan de lijst met grootste vermogens staan.

Nederland minst ongelijk

Nederland, dat tot de rijkste landen in de wereld behoort, springt er qua vermogensverdeling overigens positief uit in vergelijking met andere landen. Want in alle landen in de wereld is die verdeling nog ongelijker, blijkt uit de World Inequality Database, waar Van Mulligen naar verwijst.

Volgens dat overzicht, met een iets andere definitie dan het CBS, bezaten de 10 procent rijkste huishoudens in Nederland in 2022 45 procent van het totale vermogen. In België had de rijkste groep ruim 52 procent van het totale vermogen, in het VK, Duitsland en Frankrijk zo'n 57 procent.

In Zweden, waarvan we vaak het idee hebben van een behoorlijk gelijke maatschappij, heeft de rijkste 10 procent zelfs bijna 59 procent van het totale vermogen.

VS, Rusland en Zuid-Afrika

Uitschieters zijn China, met bijna 69 procent, de VS, met 70 procent en Rusland met 74 procent. Maar het grootst is de ongelijkheid in Zuid-Afrika. Daar bezit de rijkste 10 procent van de bevoling bijna 86 procent van het totale vermogen.

Lees meer over
Peter Hein van MulligenCBSVermogenRijkdomInkomensongelijkheid