Toeristen gaven vorig jaar meer dan 100 miljard uit in Nederland
Het toerisme in Nederland zit weer flink in de lift na de magere coronajaren. Vorig jaar gaven binnenlandse en buitenlandse toeristen in ons land op een haar na 105 miljard euro uit.
Dat is een enorme stijging ten opzichte van een jaar eerder, toen er nog iets meer dan 92 miljard euro werd uitgegeven. Als je corrigeert voor het gestegen prijspeil in Nederland, (alles is duurder geworden) blijft er nog altijd een groei van bijna 13 miljard euro over. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Meer dan twee uur recreëren
Toerisme is trouwens meer dan alleen hotelovernachtingen en campingbezoeken. Ieder uitstapje van meer dan twee uur 'vanuit een recreatief toeristisch of zakelijk toeristisch motief buiten de normale omgeving' is wat het CBS betreft toerisme.
Van de 105 miljard euro komt ongeveer een derde (34,5 miljard) van buitenlandse toeristen. Gecorrigeerd voor inflatie is dat een groei van de uitgaven van meer dan 15 procent. Het overgrote merendeel (ruim 65 miljard euro) komt van Nederlanders zelf.
De goede rekenaar ziet dat er dan nog zo'n 5,3 miljard euro overblijft: dat wordt besteed aan duurzame goederen. Denk bijvoorbeeld aan kledinginkopen tijdens een dagje shoppen in een outletcentrum.
3,8 procent van de economie
En de Nederlandse economie heeft ook daadwerkelijk iets aan al dat toerisme. Dat kun je het beste zien in de toegevoegde waarde. Dat is het verschil tussen de omzet en de inkoopkosten. Die toegevoegde waarde bedroeg vorig jaar 36,7 miljard euro. Dat is bijna evenveel als voor de coronapandemie en alle beperkingen die daarbij kwamen kijken.
Vorig jaar was de toeristische industrie daarmee goed voor 3,8 procent van de gehele economie. In coronarampjaar 2020 was dat slechts 2,3 procent.